Voorontwerp van decreet betreffende landinrichting (met SALV)
Advies Biodiversiteit
Samenvatting
- Adviesdatum
- 04 jul 2013
- Productnummer
- 2013-034
De Minaraad en SALV ontvingen beide een adviesvraag over het voorontwerp van decreet landinrichting van de Vlaams minister voor Leefmilieu, Joke Schauvliege, en besloten gezamenlijk te adviseren.
Landinrichting zorgt ervoor dat de beschikbare open ruimte in Vlaanderen op een gepaste wijze en projectmatig ingericht wordt. Het gaat hierbij om projecten zoals infrastructuurprojecten, het aanleggen van recreatieve routes en het inrichten van natuur- en landbouwgebieden. Het beleid voorziet hiervoor "instrumenten" zoals erfdienstbaarheden van openbaar nut, herverkaveling uit kracht van wet en compenserende vergoedingen zodat de projecten effectief en efficiënt kunnen afgestemd en uitgevoerd worden, en alle betrokken partijen billijk behandeld en gecompenseerd worden.
Het voorliggend voorontwerp van decreet landinrichting voorziet een tiental instrumenten (de zogenaamde instrumentenkoffer) die ingezet kunnen worden via drie procedures of "inrichtingssporen": landinrichting, plannen, project en programma’s (PPP), en beheersvisies. In de instrumentenkoffer zitten vijf reeds bestaande instrumenten – welke nu een decretale verankering krijgen - en een tiental nieuwe instrumenten voor landinrichting. Zo wordt met dit decreet tegemoet gekomen aan de vraag vanuit de sectoren voor een flexibel, uitvoeringsgericht instrumentarium voor de inrichting van de open ruimte. De Raden ondersteunen de doelstelling van dit initiatief dan ook, als een eerste stap in de richting van een algehele harmonisatie van het inrichtingsinstrumentarium.
De Raden pleiten echter sterk voor een leidraad en een expliciet afwegingskader die moeten toelaten om bij een concreet programma of project te kiezen tussen respectievelijk de drie inrichtingssporen, en, daarbinnen, tussen de instrumenten. De leidraad voor toegang tot de sporen zou de mogelijkheden en beperkingen van elk spoor in rekening moeten brengen. Wat betreft het afwegingskader voor de keuze tussen de instrumenten, zijn volgens de Raden drie zaken van belang: een trajectbeschrijving voor complexere inrichtingsplannen, de garantie op een inspraakprocedure “light” in spoor 2 en een beslissingsboom voor de rol van de VLM. De VLM zou, indien er een goed afwegingskader en garanties naar kwaliteit van projecten voorzien is, het meest geschikt zijn om de inrichtingsplannen te toetsen aan het kader en de Europese regels inzake staatssteun. Daarnaast kan de VLM de afstemming en billijkheid tussen de inrichtingsprojecten bewaken.
Omtrent het verruimde toepassingsgebied - immers, op basis van de voorliggende tekst komen ook projecten in meer stedelijke context in aanmerking-, formuleren de Raden enig voorbehoud.
Voor het overige identificeren de Raden een aantal knelpunten bij afzonderlijke voorgestelde instrumenten, en vragen ze deze knelpunten ten laatste op te lossen bij de vijfjaarlijkse evaluatie van de werking van het decreet.
Coördinator
: Naam | Kathleen Quick |
---|---|
: Functie | adjunct v.d. directeur (open ruimte - natuur) |
: Organisatie | Minaraad |
: E-mailadres | kathleen.quick@minaraad.be |
: Telefoon | 02 558 01 40 |